Aangezien autonomie staat voor
zelfstandigheid,
vrijheid
en
eigenheid, is het logisch dat juist dit begrip voor ieder individu een andere betekenis heeft. Om jezelf autonoom te voelen is het volgens de psychologie belangrijk om je eigen gevoelens en meningen over jezelf, je leven en je relaties met de buitenwereld te herkennen in jezelf. Je hecht waarden aan je gevoelens, gedachten en behoeften. Je bent een zelfstandig persoon.
Het gevoel van vrijheid ontstaat op het moment dat jij je comfortabel voelt met de door jouw gemaakte keuzes die in overeenstemming zijn met je innerlijke wijsheid. Daar heb je weer eigenheid en standvastigheid voor nodig want je buitenwereld heeft vaak een hele andere agenda voor jou in petto. En die agenda, de dagelijkse verwachtingen die deze buitenwereld heeft inzake jou, probeert je steeds een andere koers te laten varen. Een koers die niet noodzakelijkerwijs jouw ondersteunt in je autonomie.
Om koers te houden moet je dus weten wat voor jou belangrijk is in dit leven. De uitdrukking
'wat geeft je vleugels en wat zijn je teugels'
geeft dit mooi weer. Een vorm van zelfreflectie is nodig om jezelf beter te leren kennen. En hoe beter jij jezelf kent hoe beter jij ook weet wat je belangrijk vindt.
Samenvattend
kunnen we stellen dat:
Een autonoom persoon zaken probeert na te streven die voor
hem of haar belangrijk of waardevol zijn en bewandelt op die manier een eigen levenspad.
Autonome personen kijken kritisch naar zichzelf en anderen en bepalen daarbij
welke zaken zij bijvoorbeeld zinvol of zinloos vinden. Balans, duurzaamheid en
betekenisvol leven in combinatie met een eigen levenskoers zijn kernwaarden die
een autonoom persoon belangrijk vindt.